’Ik wil ervoor zorgen dat iedereen de juiste kansen krijgt die hij of zij nodig heeft om zijn eigen doelen te bereiken. Ik vond mezelf niet een heel slim kind, maar ik ben opgegroeid in een veilige omgeving. Daarom sta ik waar ik nu sta en dat wil ik ook voor andere jongeren realiseren.’
Steun van omgeving
Hij is zevenentwintig jaar, heeft vijf operaties achter de rug en loopt rond met een kunsthartklep en een shunt. Tegen een operatie ziet hij nooit op, wel tegen de nasleep ervan. ‘Een operatie kun je nooit timen, die krijg je gewoon als het nodig is. Maar na zo’n operatie is het altijd wel spannend. Ik heb een keer gehad dat mijn wond openbarstte toen ik net thuis was uit het ziekenhuis. Mijn vader ging mee met de ambulance terwijl mijn moeder en broertje de plas bloed aan het opruimen waren. En mijn tante die in de buurt van het ziekenhuis woonde, stond meteen naast mijn bed om me te verzorgen. Dan merk je wel dat een ziekte niet alleen betrekking heeft op jezelf, maar ook op je familie..’
In de buurt
Toen zijn ouders naar een streekziekenhuis in Zaandam gingen met hun zieke baby, konden ze hen daar niet helpen. ‘Gelukkig komt dan het ouderinstinct naar boven. Mijn ouders zijn naar het AMC in Amsterdam gegaan en daar bleek ik een aangeboren hartafwijking te hebben. Maar je zal maar naar Groningen of Rotterdam moeten reizen vanuit bijvoorbeeld Twente. Ik vind dat hartcentra dicht in de buurt moeten zijn. Als ik later via de politiek iets kan veranderen, zal ik altijd dit soort ervaringen van ouders meenemen in zulke beslissingen.’
Van piloot tot directeur
Hoe zit dat met die politieke ambities van Mitchell? Hij vertelt over zijn opmerkelijke en bewonderingswaardige aanpak. ‘Ik wilde heel graag piloot worden, maar ik wist eigenlijk al dat dat onmogelijk was met mijn hartconditie. Daarna wilde ik werken bij de Koninklijke Marechaussee. Toen ik erachter kwam dat ze je dan ook naar het buitenland kunnen sturen, dacht ik: ‘liever niet’. Op het vmbo ontdekte ik dat ik met mijn twee linkerhanden niet in de bouw zou belanden en ik wilde ook niet de zorg in. Een sportopleiding kon ik ook vergeten, dus bleef de richting Handel en Administratie over. Met mijn passie voor cijfertjes heb ik uiteindelijk Accountancy gestudeerd op het hbo en stelde mijn ambitie bij: ik wilde financieel directeur worden.’

Op weg naar de Tweede Kamer
Die financiële richting leek hem goed te passen, maar Mitchell kon zijn politieke ambities maar niet uit zijn hoofd zetten. ‘Ik wilde Tweede Kamerlid worden. De weg daar naartoe is echter niet duidelijk uitgestippeld. Je moet veel koffiedrinken en een netwerk opbouwen. Tijdens mijn opleiding Accountancy besloot ik om mijn studie en ambitie te verenigen in een baan als financial auditor (accountant i.o.) bij het Ministerie van Financiën. Dat is de eerste stap op de ladder om Kamerlid te worden. Verder ben ik voorzitter van de VVD in Zaanstad en secretaris van het thematisch netwerk Onderwijs. Kamerlid word je niet zomaar. Je moet er niet alleen de capaciteit voor hebben, maar ook een groot netwerk. Je moet bekendstaan binnen een partij waarbij je bent aangesloten.’
Oog voor anderen
Mitchell gebruikt zijn ervaringen en medische achtergrond in zijn politieke ambities. Wat hij heeft meegemaakt, heeft ervoor gezorgd dat hij anders naar de wereld kijkt dan veel andere mensen. ‘Ik heb geleerd door mijn verleden om te kijken met een bredere blik en te kijken naar de medemens. Oog hebben voor anderen en niet alleen het individu. Sommige politici hebben dat helaas wel. Je hoopt wel dat je de dingen die je hebt meegemaakt meeneemt in je carrière, ongeacht wat je later gaat doen. Het heeft mij tot op heden nog niet tegengehouden.’